Камера Обскура

16/07/2023

Vladimir Nabokov, die beschouwd wordt als een van de allergrootste schrijvers van de twintigste eeuw, publiceerde in 1930 een korte roman, Kamera Obskoera, die in feuilletons verscheen bij een Russische emigrantenkrant. Vijf jaar later vertaalde ene Winifred Roy in opdracht van de Britse uitgever John Long het boek in het Engels. Nabokov was naar eigen zeggen ontsteld over de slordigheid van de vertaling en de vele blunders van mevrouw Roy. Hij maakte dan maar zelf een nieuwe vertaling, ter gelegenheid van een boekversie voor de Amerikaanse markt. Dichter bij de waarheid is dat hij al te zeer besefte hoe slecht zijn oorspronkelijke tekst wel was.

Voor zijn eigen vertaling herschreef hij dan ook bijna elke pagina, inclusief de openingsparagrafen, en koos hij zelfs een nieuwe titel. Laughter in the Dark – zijn eerste literair werk in het Engels – verscheen in 1938 en zou een voorloper blijken van het wereldberoemde Lolita, dat hij pas een kwarteeuw later zou publiceren.

Laughter in the dark is een wreedaardig boek over de rampzalige gevolgen van nimfzuchtig verlangen en de voorafschaduwing daarvan. De eerste bladzijde vangt aan als volgt:

Once upon a time there lived in Berlin, Germany, a man called Albinus. He was rich, respectable, happy; one day he abandoned his wife for the sake of a youthful mistress; he loved; was not loved; and his life ended in disaster.

Alsof het een sprookje is. Maar dan wel een heel kort en bovendien ook nogal banaal. De narratieve suspens is zo goed als verdwenen. En dan volgt de tweede paragraaf:

This is the whole of the story and we might have left it at that had there not been profit and pleasure in the telling; and although there is plenty of space on a gravestone to contain, bound in moss, the abridged version of a man’s life, detail is always welcome.

Nabokov wil hiermee zeggen dat de manier waarop de dingen gebeuren in een verhaal, en bovendien hoe dat verhaal wordt verteld, literair gezien veel interessanter zijn dan het plot op zich. En dus stelt hij de lezer meteen voor de vraag: wat zoek ik in een roman, in deze roman? Leg ik het boek weg, of niet? Weinig schrijvers durven die keuze te bieden.

Wie doorleest verneemt dat Albert Albinus een rijk en gerespecteerd Berlijns kunstcriticus is. Hij verlaat vrouw en dochter voor de schijnbaar achttienjarige Margot Peters, die hem gebruikt om een filmster te worden, haar grote ambitie in het leven. Albinus laat Margot kennis maken met de tekenaar Axel Rex, niet wetende dat zij vroeger geliefden waren. Vanaf dat moment ontvouwt zich een kronkelend verhaal van ironie, bedrog en verslagenheid, maar ook de zwarte humor die het werk van Nabokov kenmerkt. Geheel in de sfeer van de ontluikende filmindustrie gebruikt hij montagetechnieken, camerabewegingen en plotse perspectiefwissels die eind jaren dertig behoorlijk modern waren in de literatuur.

Nabokov beschouwde Kamera Obskoera als zijn slechtste roman. Met een director’s cut heeft hij dat meer dan rechtgezet.