Een laatste grap, een laatste lach (F. Boeijen)

13/11/2006

Er zijn veel redenen waarom je niet tot de autochtone inwoners van zuidelijk België gerekend wil worden. Maar er is één aspect van hun dagelijks leven waarvoor ik hen even dagelijks benijd. De franstalige medebelgen gaan zeer chalheureux met elkaar om. Dat wil wel eens malheureux aflopen maar ze komen in ieder geval, gesteund door een helder inzicht in de menselijke natuur, geen hartelijkheid te kort. Ik was ooit getuige in een Ellezellese huiskamer, hoe de lokale vrouwelijke dierenarts (ze heette Corinne) begroet werd door René en Jacqueline, het koppel des huizes: met een warme knuffel. Ik was eveneens getuige, maar dan in de Belgische Krijgsmacht, hoe deze complicité ook wel wat te ver kon gaan, maar passons.

De Walen zijn zuiderlingen, dat wist u al. Maar wat minder geweten is: op de Waalse werkplekken wordt er ‘s ochtends structureel gezoend. Bij ons in Vlaanderen zou dit embrassement echter ras een embarassementworden, wegens niet in onze genetische blauwdruk. Ik haal dit verschil aan omdat ik vandaag op het kabinet gemeld heb dat ik verjaard ben. Bijna twee weken te laat, maar u weet waarom. Het verbaasde me hoe, op de gebruikelijke uitzonderingen na, de reacties variëren van lauwiteit tot onverschilligheid. En ik denk te weten hoe dat komt.

Niet omdat ik in feite niet zou misstaan in Beauty en the nerd, mag ik hopen of omdat mijn collega’s me een eikel vinden. Ongetwijfeld zeker wel omdat we Vlamingen en geen Walen zijn. Maar in feite is de hoofdoorzaak operationeel: we organiseren geen moment. De aangebrachte attenties in kwestie worden in de kantoren en met passende duiding geserveerd door de gezusters Annie en Anita, onze voortreffelijke koffiedames. Een goed deel van de collega’s vecht op dat moment in interkabinettenwerkgroepen en andere strijdtonelen voor de eer van Yves in het bijzonder en de partij in het algemeen. Het saldo worstelt achter de laptop met de volgendedeadline. Geef toe, gesteld dat er al genoeg personeel voorhanden is, dat is geen atmosfeer om elkaar in de armen te vallen en het glas te heffen.

Wat te doen?

Het is bekend dat onze centrum-progressieve voorgangers op het Martelaarsplein 19 met gulle hand de whiskeyfles hanteerden, echter nog niet in die mate waarin men dat deed op het kabinet van wijlen Alain Van der Biest; zoals gezegd, in het zuiden… Maar ik bevind mij vandaag op een uiterst sober kabinet, gelukkig nog niet half zo sober als het  kabinet van Frank Vandenbroucke, naar verluidt.  Ik vernam dat het zelfs bij Reginald Moreels beter toeven was, wat dat betrof. Een tweewekelijkse drink op vrijdag zou het sociale weefsel danig versterken, zo leert althans mijn ervaring sinds het jaar onzes heren 1992. En het is meteen een uitstekende gelegenheid om de jarigen van de week te overspoelen met affectie. Het aantal knuffelberen en -berinnen ligt daarvoor meer dan hoog genoeg. En meteen is ons sfeerprobleem bij verjaardagen opgelost!

We werken eraan. Het verzet groeit; de medestanders verenigen zich. Spoedig komt het uur.

Karel

PS De Parelvissers waren groots. Leve de Vlaamse Opera en hun subsidies!